blogtekst door BeaG

BG 194 – Schaapjes tellen

Hoe kun je in hemelsnaam in slaap vallen terwijl je schaapjes telt?
Als je niet oplet, raak je de tel kwijt en moet je weer van voren af aan beginnen!
En omdat je die verdomde beesten verzint en ze dus niet hoeft te voederen, zijn ze oneindig in aantal. Bèèh! Bèèh! Bèèh!
Zo val je toch nooit in slaap? Argh!

BG 193 – Bru Taal

Bru Taal en haar broers Rekenenen en War zitten op de lagere school.
Ze worden thuis streng opgevoed en hebben geleerd dat ze niet alleen geen grote mond tegen volwassenen mogen opzetten, maar eigenlijk helemaal niet met ze mogen praten. In plaats daarvan moeten ze ergens rustig gaan spelen en de volwassenen niet lastig vallen.
Maar Bru begrijpt niet wat er zo ‘lastig’ is aan een onschuldig gesprekje en waarom ze geen deel mag uitmaken van dezelfde wereld als de volwassenen. Het is toch de bedoeling dat ze er ooit zelf een wordt?

Bru neemt aan dat de leraren op school een uitzondering vormen op de regel. Ze zal toch moeten antwoorden als die haar een vraag stellen. Oh ja, wacht, dat is ook zo, ze mag wel – moet zelfs – antwoorden als een volwassene haar een vraag stelt! Maar ze moet wel goed oppassen wat ze zegt, want niet alles wat er bij haar thuis gebeurt of gezegd wordt is bestemd voor andermans oren.

Voor haar leeftijd voelt ze vrij goed aan wanneer ze een antwoord wel of niet hardop mag uitspreken. Desondanks vindt ze het moeilijk om zoveel van haar gedachten en emoties verborgen te moeten houden.
Het moeilijkst vindt ze dat ze ook moet zwijgen wanneer een volwassene, zoals een leraar op school, iets zegt wat duidelijk niet klopt. Bijvoorbeeld als de leraar een leerling beschuldigt van iets wat ze niet gedaan heeft. Dan wil ze er nog wel eens een onbedoeld maar duidelijk ‘Ja maar…, dat is niet waar!’ uitgooien.

En als de leraar zich dan boos tot haar wendt en, net als haar ouders, zegt dat ze haar mond moet houden, dan loopt haar gezicht soms rood aan en springen er tranen in haar ogen, terwijl ze het niet kan laten om te stellen ‘Ja maar….!’, waarop de leraar haar, net als haar ouders, afkapt en haar een boos ‘Hou je grote mond!’ toewerpt.
‘Ja maar….’ loopt haar verontwaardiging dan toch nog over.
Kijk, ze kunnen haar thuis wel geleerd hebben braaf haar mond te houden, maar soms moet je tóch, of het nu wel of niet mag, moet je tóch iets zeggen, zoals ‘Ja maar dat is niet eerlijk!’

Waarop ook het gezicht van de leraar rood aanloopt, hij naar de deur van het lokaal wijst en, boos speeksel rondspetterend, roept: ‘Bru Taal, ga jij maar op de gang staan!’
‘Eh, ja meester.’
‘Hou je grote bek!’
Zachter: ‘Ja, oké…’
Hij, luider: ‘Hou verdomme je grote bek!’
Ze schaamt zich over het naar de gang gestuurd worden, vooral als ze bedenkt dat het haar ouders ter ore zal komen en ze er thuis nogmaals voor gestraft zal worden. ‘Dat zul je wel dubbel en dwars verdiend hebben!’
Maar dat ‘Hou je grote bek!’ doet haar niets meer. Dat heeft ze al heel haar leven moeten aanhoren. Ze is oud genoeg om te begrijpen dat dat de onmacht van volwassenen is, van haar ouders is.
Haar ouders die geen benul hebben van wat er in haar omgaat en dat ook helemaal niet willen weten. Haar ouders die willen dat ze zwijgt en gehoorzaam is.
Die haar hardhandig willen duwen in een mal waar ze helemaal niet in past.

Bru is eigenlijk helemaal niet brutaal. Ze verdraagt gewoon geen onrechtvaardigheid.

BG 191 – Herriehobby

Onze sympathieke buurman J heeft een herriehobby.
Nee, hij scheurt niet rond op een motor met aangepaste knalpijp.
Hij is een recreatieve bladblazer.

In de herfst, als er duizenden natte bladeren rond hun huis liggen, maar ook in de zomer, als er met moeite een enkel verdroogd blaadje te vinden is, leeft hij zich langdurig, enthousiast en luidruchtig uit op het van hot naar her verplaatsen van die dingen met zijn bladblazer.

En wanneer er echt geen blad meer te vinden is, hoeft hij zich nog steeds niet te vervelen, want hij heeft gelukkig een aantal reserve-herriehobbies.
Dan snoeit hij piepkleine haagjes met een grote elektrische heggeschaar, of stofzuigt hij het plastic gras dat naast hun huis op een betonnen ondergrond ligt, of maakt hij met een hogedrukspuit de vloer van hun garage en hun oprit schoon, onder het genot van luide muziek van René Froger.
Als hij uitgeraasd is, slaakt de buurt een zucht van verlichting.

BG 182 – Seksuele voorlichting

Sommige ouders zijn bang dat seksuele voorlichting op school leidt tot vroegtijdige seks.
Maar ik heb nog nooit ouders ontmoet die bang zijn dat hun kind andere dingen in de praktijk gaat brengen die het op school heeft geleerd.

Ze lijken zich bijvoorbeeld nooit zorgen te maken over dat hun kind Frans gaat spreken als gevolg van Franse les, hen gaat helpen met hun belastingaangifte door wiskunde-les, de wetten van de logica correct gaat toepassen door natuurkunde-les (oeps, sorry mam!), of piano leert spelen door muziekles.

Sterker nog: het feit dat een leraar (bah!) hen uitleg geeft over seks, maakt het voor hen bepaald niet aantrekkelijker en zorgt er eerder voor dat ze het nog wat langer uitstellen.

BG 179 – Bijzonder Compliment

Bijzonder compliment van diverse mensen in de loop der jaren, voor dingen die zij zelf had (ontworpen en) gemaakt:
‘Zo mooi, wat knap, het lijkt net of het uit de winkel komt!’

Serieus? Je bedoelt dat het eruit ziet als goedkope massa-productie? Bedankt…

BG 178 – Meerdere levens

Het staat iedereen vrij te geloven wat zij of hij (of drij) wil en het staat ieder ander vrij het daar al dan niet mee eens te zijn.
Het leven kent geen absolute en onveranderlijke waarheden, hoe graag we het ook proberen te vangen in onze verhalen en stellige overtuigingen.
Dat gezegd hebbend, ben ik van mening dat sommige mensen dat van die meerdere levens verkeerd hebben begrepen.
Bij mij gaat het er niet in dat er voor mij na mijn dood andere levens zullen volgen.
Niet als mens en ook niet als een ander levend wezen, zoals een favoriet dier.
En het lijkt me al helemaal zinloos als zo’n volgend leven in het teken staat van straf of beloning voor het huidige.
De houdbaarheid van een levend wezen is eindig.
Ik ben meer van de wetenschap en niet zo van het wensdenken, ook waar het mijn eigen leven betreft. Als ik sterf is het over en uit voor mij, en dat is prima.
Ik voel ook niets voor de pseudo-wetenschap die ons wil doen geloven dat onze ‘ziel’ een tastbaar iets is dat bij het sterven ons lichaam *poef* verlaat en dat, zo’n 300 gram zwaar, vervolgens zijn weg zoekt naar een pasgeboren volgend levend wezen om in voort te leven en er nieuwe lessen in te leren.
Nee, ik denk dat ik, net als alle andere levende wezens …

Read More »BG 178 – Meerdere levens

BG 171 – Alle keren dat ik je gemist heb

Die keer toen ik op dat feestje was, net twee drankjes had gehaald en me met de glazen ter hoogte van mijn hoofd door de krioelende mensenmassa heen bewoog, terwijl ik dacht ergens in de drukte mijn naam te horen roepen, maar daar niet zeker van was, en ik mijn aandacht erbij moest houden om naar de juiste plek te manoeuvreren, waar een vriendin op me wachtte, zonder te morsen.
Of die keer in de supermarkt, toen ik alles wat ik nodig had in mijn winkelwagentje had verzameld en ik aansloot in de rij voor een van de kassa’s, terwijl ik op mijn horloge keek om te zien of ik nog op tijd zou zijn voor mijn volgende afspraak en vervolgens mijn bankpasje tevoorschijn haalde om mee af te rekenen en dus niet zag dat jij vanuit de rij voor een andere kassa mijn aandacht probeerde te trekken.
Of die keer in de bioscoop, toen ik, net voor de film begon, intens in gesprek was met een goede vriend en we bijna voorovergebogen zaten om elkaar beter te kunnen verstaan, net voor het licht in de zaal uitging en wij door de mensen om ons heen (sssttt!) tot stilte gemaand werden, waarna jij net als iedereen onzichtbaar werd.
Of die keer in het bos, toen ik …

Read More »BG 171 – Alle keren dat ik je gemist heb

BG 161 – Wegomlegging

Belgen worden naar eigen zeggen ‘geboren met een baksteen in hun maag’. Waarmee ze bedoelen dat ze altijd maar aan het bouwen, verbouwen en renoveren zijn. Dat geldt niet alleen voor hun huizen, maar ook voor hun wegen.
Desondanks lukt het de Belgen maar niet om deugdelijke wegen te maken.

Ik kom uit Nederland, waar de wegen veel beter zijn en waar ook nog eens een veilig en uitgebreid fietspadennet is. Dat is waarom veel Belgen die van fietsen of motorrijden houden regelmatig naar Nederland trekken. Als Nederlander valt mij de bedroevende staat van de Belgische wegen derhalve extra op.

Zo wonen wij aan een straat die bedekt is met kinderkopjes of kasseien. Waarschijnlijk is dat bedoeld om het verkeer af te remmen, de maximum snelheid is hier tenslotte 30 km/uur, maar dat helpt niet, want …

Read More »BG 161 – Wegomlegging

BG 159 – Meneer Piet’s optimisme

Meneer Piet is al op leeftijd en heeft een flinke smak geld op zijn bankrekening staan, waarmee hij een aantal jaren geleden besloot iets nuttigs te gaan doen: hij koopt leegstaande kerken op.
Niet om er een of twee verdiepingen in aan te laten brengen en ze met veel winst door te verkopen als mooie antiekwinkel, bijzonder restaurant of luxe galerie.
Nee, hij koopt ze om te zorgen dat ze beschikbaar zijn voor als de mensen tot inkeer komen en beseffen dat ze ze weer voor hun originele functie nodig hebben…
Hij heeft er inmiddels 12 in zijn bezit en heeft zijn zinnen gezet op nog minstens 16 andere.

BG 158 – Het nieuwe jaar

Het nieuwe jaar went al. Ik denk niet meer per ongeluk nog in 2022 te leven. Ik heb de rotzooi van het vorige jaar bij het vuilnis gezet en de mooie dingen bewaard. Ik heb waardeloze spullen weggegooid en dat wat ik kan hergebruiken opgeslagen in mijn magazijn vol mogelijkheden. Ik koester het positieve en laat het negatieve achter me (maar eerst leer ik er lessen uit). Net als onvoorstelbaar grote sterrenstelsels en microscopisch kleine atomen blijf ik in beweging, als klein onderdeeltje van het immens grote en soms ook intiem kleine geheel, zolang ik nog wat tijd, kracht en energie over heb. Ondanks voortschrijdende slijtage, hoop ik nog wat meer jaarwisselingen mee te mogen maken. Samen met de uitgebreide, overweldigend mooie, geheimzinnige, unieke, en soms beklemmend zware wereld om me heen en in me – schop ik aan tegen, zet ik mijn tanden in, bedenk ik, creëer ik, sla ik mijn armen om, en bemin ik voorzichtig het jaar 2023.

BG 152 – Vrouwen zijn beter

Vrouwen zijn beter!
Nee, niet beter dan mannen (net zoals mannen niet beter zijn dan vrouwen), maar vrouwen zijn beter, veel beter, dan ze denken te zijn.
De meeste mannen overschatten zichzelf, terwijl de meeste vrouwen zichzelf onderschatten. En dat houdt de scheve machtsverhoudingen tussen mannen en vrouwen in stand.
Als vrouwen zich zouden realiseren welke talenten ze hebben, over welke capaciteiten ze beschikken en wat hun mogelijkheden zijn, konden ze hun leven meer inhoud geven, meer voldoening vinden, onafhankelijker en gelukkiger zijn.
Ze zouden kunnen stoppen met zichzelf wegcijferen, met zwijgen om de lieve vrede, en met zich schikken in oneerlijke situaties, zowel privé, sociaal als op hun werk.
Vrouwen zijn beter, veel beter, dan ze zich realiseren.

(Ik ben mij ervan bewust dat niet ieder mens zich voelt passen in de hokjes vrouw of man en respecteer dat, maar dat onderwerp is hier niet aan de orde.)

BG 148 – Populistische politici

Het politieke debat was ooit een – strijdbare – uitwisseling van standpunten en argumenten om als volksvertegenwoordigers tot een overeenstemming te komen in het belang van het volk. Tegenwoordig lijkt het vooral een podium voor megalomane narcisten (spiegelbeeldliefhebbers met grootheidswaanzin) om zichzelf te presenteren aan hun achterban.

Populisten zijn mensen die je manipuleren (je bang maken en geruststellen) in hun eigen belang en ten bate van hun eigen populariteit, door middel van leugens. Gelukkig eindigt een democratie niet zodra populistische leiders onwaarheden vertellen. Het grootste deel van de politiek en de journalistiek blijft gewoon doen wat het moet doen en blijft weerwoord bieden. Dat geeft ook het volk de gelegenheid door schaamteloze onjuistheden heen te prikken.

Het is niet uit kwaadaardigheid dat mensen …

Read More »BG 148 – Populistische politici

BG 142 – Zinvol

Ze had haar zinnen erop gezet en was niet van het idee af te brengen, ze zou en moest ze kopen, ook al moest ze er eerst nog maanden voor sparen, en ik begreep het maar niet, en zij begreep mij dan weer niet, bozig, en ik begreep niet waarom ze zichzelf bewust gehandicapt wou maken, zich kwetsbaar wou maken, waarom ze zich zo wou beperken dat ze niet meer snel weg kon komen als dat nodig mocht zijn, waarom ze ervoor zou kiezen om niet meer te kunnen lopen of staan zonder te wankelen en zonder pijn, en zij vond dat grote onzin, waarom ze voortaan alleen nog aan de arm van iemand anders, waarschijnlijk van een knappe man, over oneffen straatstenen zou willen lopen, wat haar een goed idee leek, en waarom ze vond dat ze veel aantrekkelijker zou zijn als ze haar lichaam in een onnatuurlijke houding dwong, maar ze vond dat dat wel meeviel; en waarom ze toch zo nodig tien centimeter groter wou lijken, want wat was er nou eigenlijk mis met haar eigen lengte en houding, ze vond zichzelf te klein en te onopgemerkt; en ik begreep maar niet waar ze dat ongemak en die pijn voor over had, waarom ze voortaan na het uitgaan vloekend die dingen in een hoek zou smijten en keer op keer haar nieuwste blaren en wonden zou verzorgen, maar zij vond dat belachelijk want sterk overdreven; en ik begreep maar niet waarom ze zoveel geld wilde uitgeven aan dingen die slecht waren voor haar lichaam: voor haar voeten, haar gewrichten, haar ruggenwervels en nekwervels; omdat ze zo mooi waren, beweerde ze; en ik begreep maar niet waarom ze dacht dat ze alle aandacht waar ze naar smachtte zou krijgen, en dat vond ze een gemene steek onder water, als ze voortaan haar voeten zou persen in veel te dure schoenen met torenhoge naaldhakken; en wat daar dan toch mis mee was, vroeg ze, en waar ik me toch mee bemoeide, vroeg ze bozer, en ik vroeg haar wat er dan toch mis was met gewoon zonder fratsen en zonder pijn te kunnen lopen, en wat er mis was met comfortabel in je eigen lijf zitten en met mensen, mannen, zonder onnodige kwetsbaarheid en onderdanigheid, maar juist sterk en trots tegemoet te treden; maar ik denk dat ze me al niet meer hoorde.

BG 141 – Het Schommelrijk

‘Niet te hoog op die schommel!’ riep een onbekende mannenstem achter haar. Maar ze trok zich er niets van aan. De constructie kraakte af en toe, maar kon haar bijna volwassen lichaam prima dragen. Met haar handen stevig om de ruwe touwen, zittend op het gladgesleten eiken plankje, zwaaide ze haar benen recht naar voren en hangend in de touwen met de wind door haar haren ging ze alsmaar hoger en hoger.
Op het hoogste punt had ze even het gevoel dat haar ingewanden een sprongetje maakten, daarna zwaaide ze achteruit weer naar beneden. Voorbij het laagste punt trok ze haar voeten omhoog richting het plankje. Hoog achteraan hing ze een fractie van een seconde stil voordat ze met nog meer vaart en gestrekte benen trekkend aan de touwen weer naar voren zoefde.

Alsmaar hoger en hoger ging ze. Ze had het gevoel dat ze vloog, dat ze vrijkwam van de grond, van dit speelplein, van haar oude buurt, van haar bekrompen thuis.
Woehoe! Hoger en hoger! Naar voren – strekken, naar achteren – vouwen.
Strekken – vouwen, strekken – vouwen, strekken – vouwen.
Ze kon al over de bomen in de verte kijken en er miniatuurhuisjes zien staan en kleine autootjes en mensjes zien bewegen.
Een gevoel van ultieme vrijheid overspoelde haar.

‘Niet zo hoog op die schommel!’, riep diezelfde mannenstem achter haar. Oh nee? …

Read More »BG 141 – Het Schommelrijk

BG 138 – Jouw weg

Vergelijk jezelf met wie je gisteren was, niet met wie iemand anders vandaag is. Jij bent die ander niet. Die ander volgt niet hetzelfde pad als jij en neemt niet dezelfde afslagen. Maak je eigen keuzes. Keuzes die jou brengen naar waar jij heen wilt, of wegbrengen van waar jij niet langer wilt zijn. Vergelijk jezelf met wie je gisteren was en kijk of je vandaag op de goede weg bent. Jouw goede weg.

BG 130 – Onze hebzucht beteugelen

Wat als we stoppen met het produceren en consumeren van veel overbodige producten? Die producten die alleen maar geproduceerd worden om de economie gaande te houden en de oneindig diepe zakken van de rijke industriëlen te vullen. Vooral wegwerpproducten.
Wat als we ons focussen op dat wat we écht nodig hebben en dat op een zo duurzaam mogelijke manier produceren?
Dat we afwegingen maken: beter wat meer van dit en wat minder van dat.
Op het aardoppervlak dat we nu gebruiken om vlees te produceren, vooral rundvlees, kunnen we honderd keer zoveel plantaardig voedsel verbouwen.
Daarmee halen we ook nog eens veel koolstof uit de lucht, in plaats van er meer aan toe te voegen.
We hoeven niet persé vegetariër te worden, tenslotte zijn we van nature omnivoren, maar een aantal dagen per week zonder vlees zullen ons geen kwaad doen, als we ervoor zorgen dat we de voedingsstoffen die we op die manier missen via andere producten binnenkrijgen.
Wat als we streven naar een circulaire economie, waarin afvalstoffen de grondstoffen vormen voor het produceren van andere, duurzame producten?
Waarin we dat wat we niet meer nodig hebben …

Read More »BG 130 – Onze hebzucht beteugelen

BG 129 – Waarom gezond?

Ik heb nog in een tijd geleefd waarin je je
moest verantwoorden voor gezond leven,
in plaats van ongezond.
Een tijd waarin je onbeperkt at en snoepte,
want diabetes was alleen voor oude mensen,
en jij was van nature slank.
Een tijd waarin je met sterke argumenten
moest komen om niet te roken
en om te weigeren alcohol te drinken,
(en om veel boeken te lezen en
met plezier je huiswerk te doen.)
Gezond leven was toen nog voor watjes.

BG 128 – Bijzonder Compliment

Bijzonder compliment van een bezoeker:
‘Ik heb je Blog bekeken en vind hem mooi en interessant!
Maar het lijkt of er iets fout gaat als ik ernaar kijk: ik zie alleen maar zwart en wit en grijs, de kleuren lijken verdwenen.
Dat kun je beter in orde maken.’

BG 96 – Waar we naar zoeken

We vinden allemaal waar we naar zoeken.

Als we zoeken naar negativiteit, naar destructie, verval, verloedering, ruzie, naar doemscenario’s en naar verschillen tussen ons en de ander, dan vinden we die.

Maar als we zoeken naar liefde, naar opbouw, positiviteit, samenwerking, naar oplossingen voor moeilijke problemen en naar overeenkomsten tussen ons en de ander, dan vinden we DIE.

Of we gelukkig zijn in ons leven hangt grotendeels af van waar we naar zoeken, waar we onze aandacht op richten en waar we onze energie in steken.